dictionnaire Polonais - néerlandais

język polski - Nederlands, Vlaams

wyłączyć néerlandais:

1. uitzetten



Néerlandais mot "wyłączyć"(uitzetten) se produit dans des ensembles:

10/2 Wat is er gebeurd?
uit - werkwoorden
8. Gezondheid

2. uitdoen


Mag ik het licht uitdoen?
Ik doe het licht uit./ Ik zal het licht uitdoen./Ik doe de sjaal uit./ Ik zal de sjaal uitdoen./ Ik probeer de sjaal uit te doen.
Je kan maar beter het licht uitdoen voordat je gaat slapen.

Néerlandais mot "wyłączyć"(uitdoen) se produit dans des ensembles:

Gas water en elektriciteit