→ Deel 5 Woorden Van Nederlands → Start Learning / Flashcards Téléchargement MP3

question		réponse
groen: het gras is groen commencer à apprendre		أخضر: العشب أخضر
kletsen: we kletsen elke dag met vrienden commencer à apprendre		الدردشة: نتحدث مع الأصدقاء كل يوم
De lift; ik neem de lift naar vijfde verdieping commencer à apprendre		المصعد؛ أستقل المصعد إلى الطابق الخامس
De metro: de metro is snel in de stad commencer à apprendre		المترو: المترو سريع في المدينة
missen; ik mis de bus altijd commencer à apprendre		أفتقد؛ دائماً ما أفوت الحافلة
Het openbaar vervoer: openbaar vervoer is handig in de stad commencer à apprendre		المواصلات العامة: المواصلات العامة مريحة في المدينة
Het park; we gaan wandelen in het park commencer à apprendre		الحديقة؛ سنذهب في نزهة في الحديقة
De parkeerplaats; de parkeerplaats is vol commencer à apprendre		موقف السيارات؛ موقف السيارات ممتلئ
regelmatig: ik sport regelmatig commencer à apprendre		بانتظام: أمارس الرياضة بانتظام
De speeltuin: de kinderen spelen in de speeltuin commencer à apprendre		الملعب: يلعب الأطفال في الملعب
spelen: we spelen voetbal in het park commencer à apprendre		اللعب: نلعب كرة القدم في الحديقة
De struik: er staat een struik naast het huis commencer à apprendre		الشجيرة: توجد شجيرة بجوار المنزل
tevreden; ik ben tevreden met mijn werk commencer à apprendre		راضٍ؛ أنا راضٍ عن عملي
Het verkeer: het vekeer is druk in de ochtend commencer à apprendre		حركة المرور: تكون حركة المرور كثيفة في الصباح
voetballen: de jongens voetballen na school commencer à apprendre		كرة القدم: يلعب الأولاد كرة القدم بعد المدرسة
zoveel: er zijn zoveel mensen hier commencer à apprendre		كثيرون جداً: هناك الكثير من الناس هنا
De activiteit: er is veel activiteit in de stad commencer à apprendre		النشاط: هناك الكثير من النشاط في المدينة
De begane grond: de winkel is op de begane grond commencer à apprendre		الطابق الأرضي: يقع المتجر في الطابق الأرضي
De bibliotheek: ik leen een boek in de bibliotheek commencer à apprendre		المكتبة: أستعير كتابًا من المكتبة
Het buurtcentrum: het buurtcentrum organiseert activiteiten commencer à apprendre		المركز المجتمعي: ينظم المركز المجتمعي الأنشطة
De deelnemer: elke deelnemer krijgt certificaat commencer à apprendre		يحصل كل مشارك على شهادة.
gebeuren: wat gaat er gebeuren? commencer à apprendre		يحدث: ماذا سيحدث؟
De groep: de groep studenten is groot commencer à apprendre		المجموعة: مجموعة الطلاب كبيرة
hoeven: je hoeft niet te komen (hoeft niet في النفي) commencer à apprendre		لست مضطراً للمجيء (لست مضطراً للمجيء)
Iemand: iemand belt aan de deur commencer à apprendre		شخص ما: شخص ما يقرع جرس الباب
De ingang: de ingang is aan de achterkant commencer à apprendre		المدخل: المدخل في الخلف
De krant: ik lees de krant elke ochtend commencer à apprendre		الصحيفة: أقرأ الصحيفة كل صباح
De medewerkster: de medewerkster helpt de klanten commencer à apprendre		الموظف: يساعد الموظف العملاء
oefenen: we oefenen de Nederlandse taal commencer à apprendre		ممارسة: نحن نمارس اللغة الهولندية
Het onderwerb; het onderwerb van de les is grammatica commencer à apprendre		موضوع الدرس هو قواعد اللغة
organisersn: we organiseren een feest commencer à apprendre		المنظمون: ننظم حفلة
precies: het is precies wat ik bedoelde commencer à apprendre		بالضبط: هذا ما قصدته بالضبط
Het spelletje: de kinderen spelen een spelletje commencer à apprendre		اللعبة: يلعب الأطفال لعبة
De taal: Nederlands is een moeiklijke taal commencer à apprendre		اللغة: اللغة الهولندية لغة صعبة
Het taalcafe: ik ga naar het taal cafe om Nederlands te spreken commencer à apprendre		مقهى اللغات: أذهب إلى مقهى اللغات لأتحدث اللغة الهولندية
De taalcoach: de taalcoach helpt mij met spreken commencer à apprendre		مدرب اللغة: يساعدني مدرب اللغة في التحدث

Deel 5 Woorden van Nederlands

Vous devez vous connecter pour poster un commentaire.

plus