De populairste Engelse woorden 901 - 950

 0    50 fiche    Engnl1000
Télécharger mP3 Imprimer jouer consultez
 
question réponse
bloody
It's a bloody good question.
commencer à apprendre
verdomd
Het is een verdomd goede vraag.
arms
meervoud van "arm"
He lost both his ars in the war.
commencer à apprendre
armen
ook: "wapens"
Hij heeft zijn beide armen in de oorlog verloren.
evil
ook bijvoeglijk naamwoord
It was a necessary evil.
commencer à apprendre
het kwaad
Dat was een noodzakelijk kwaad.
asshole
Some drivers are assholes.
commencer à apprendre
de klootzak
Sommige bestuurders zijn klootzakken.
south
Brighton is in the south of England.
commencer à apprendre
het zuiden
Brighton ligt in het zuiden van Engeland.
wall
I will paint the walls green.
commencer à apprendre
de muur
Ik zal de muren groen verven.
bar
The prices are too high in this bar.
commencer à apprendre
de bar
De prijzen zijn te hoog in deze bar.
fat
I look fat in this dress.
commencer à apprendre
dik
Ik zie er dik in deze jurk uit.
judge
She is a good judge.
commencer à apprendre
de rechter
Ze is een goede rechter.
orders
meervoud van "order"
You should follow my orders.
commencer à apprendre
bevelen
Jij moet mijn bevelen opvolgen.
seat
This seat is already taken.
commencer à apprendre
de zitplaats
Deze zitplaats is al bezet.
to bear
I can't bear this pain anymore.
commencer à apprendre
verdragen
Ik kan deze pijn niet meer verdragen.
wrote
Past Simple van "to write"
Romeo wrote a long letter to Julia.
commencer à apprendre
schreef, schreven
of "hebben geschreven"
Romeo heeft een lange brief aan Julia gechreven.
queen
How old is the English queen?
commencer à apprendre
de koningin
Hoe oud is de Engelse koningin?
slow
Your car is slower than mine.
commencer à apprendre
langzaam
Je auto is langzamer dan die van mij.
cause
What was the cause of the accident?
commencer à apprendre
de oorzaak
Wat was de oorzak van het ongeval?
dreams
meervoud van "dream"
I never remember my dreams.
commencer à apprendre
dromen
Ik onthoud nooit mijn dromen.
loves
he, she, it
My son loves playing football.
commencer à apprendre
houdt van
Mijn zoon houdt van voetballen.
teacher
My father is a good teacher.
commencer à apprendre
de leraar
Mijn vader is een goede leraar.
cop
I suspect he is a cop.
commencer à apprendre
de agent, de smeris
Ik vermoed dat hij smeris is.
standing
Present participle van "to stand"
Who's standing there?
commencer à apprendre
staan
Wie staat daar?
liked
Past simple en past participle van "to like"
I thought you liked me.
commencer à apprendre
mocht, mochten
Ik dacht dat je me wel mocht.
north
Brighton isn't in the north of England.
commencer à apprendre
het noorden
Brighton light niet in het noorden van Engeland.
glass
One more glass of wine, please.
commencer à apprendre
het glas
ook "glas" als stof
Nog één glas wijn, alstublieft.
to protect
Every mother wants to protect her children.
commencer à apprendre
beschermen
Iedere moeder wil haar kinderen beschermen.
to accept
My parents don't accept my boyfriend.
commencer à apprendre
accepteren
Mijn ouders accepteren niet mijn vriendje.
dirty
Your shirt is dirty.
commencer à apprendre
vies
Je overhemd is vies.
beginning
Only the beginning of the movie was interesting.
commencer à apprendre
het begin
Alleen het begin van de film was interessant.
difference
What's the difference between these sentences?
commencer à apprendre
het verschil
Wat is het verschil tussen deze twee zinnen?
to cross
We couldn't cross the border without passports.
commencer à apprendre
oversteken, overschrijden
We konden de grens niet overschrijden zonder paspoorten.
angry
Don't be angry with me.
commencer à apprendre
kwaad, boos
Wees niet kwaad op mij.
machine
One day machines will take over the world.
commencer à apprendre
de machine
Op een dag zullen machines de werld overnemen.
scene
The final scene was thrilling.
commencer à apprendre
de scène, het tafereel
De laatste scène was adembenemend.
amazing
You are an amazing actress.
commencer à apprendre
geweldig
Jij bent een geweldige actrice.
double
"I'd like" = "I would like"
I'd like a room with a double bed.
commencer à apprendre
tweepersoons...
Ik wil graag een kamer met een tweepersoonsbed.
to share
Can you share your sandwich with me?
commencer à apprendre
delen
Kun je jouw sandwich met mij delen?
totally
I totally agree with you.
commencer à apprendre
helemaal
Ik ben helemaal eens met jou.
honest
She seems to be honest.
commencer à apprendre
eerlijk
Ze lijkt eerlijk.
moon
The moon is full tonight.
commencer à apprendre
de maan
De maan is vol vanavond.
personal
It's my personal matter.
commencer à apprendre
persoonlijk
Het is mijn persoonlijke zaak.
private
Private lessons are more expensive.
commencer à apprendre
privé, privaat
Privé lessen zijn duurder.
joke
Are you sure it's not a joke?
commencer à apprendre
het grapje
Weet je zeker dat dat niet een grapje is?
to realize
I didn't realize he had heard our conversation.
commencer à apprendre
zich realiseren, beseffen
Ik realiseerde me niet dat hij ons gesprek gehoord had.
beer
I don't like drinking beer.
commencer à apprendre
het bier
Ik drink niet graag bier.
space
You are invading my personal space.
commencer à apprendre
de ruimte
Je dringt mijn persoonlijke ruimte binnen.
position
She has an important position in the company.
commencer à apprendre
de positie
ook in de zin: "baan", "werk"
Ze heeft een belangrijke positie in het bedrijf.
to jump
Tom can't jump as high as Adam.
commencer à apprendre
springen
Tom kan niet even hoog springen als Adam.
whose
Whose jacket is this?
commencer à apprendre
wiens, wier
Wiens jas is dit?
jail
He went to jail.
commencer à apprendre
de gevangenis
Hij ging de gevangenis in.
area
There aren't any mountains in this area.
commencer à apprendre
het gebied
Er zijn geen bergen in dit gebied.

Vous devez vous connecter pour poster un commentaire.