dictionnaire Suédois - néerlandais
- 
mus néerlandais:
1. 
muis
De berg heeft een muis gebaard.
Hij is zo schuw als een muis.
De kat was aan het spelen met een levende muis.
d'autres mots commençant par "M"
multiplicera néerlandaismun néerlandais
munter néerlandais
musik néerlandais
musikalisk néerlandais
musiker néerlandais
