dictionnaire Polonais - néerlandais

język polski - Nederlands, Vlaams

zaoszczędzić néerlandais:

1. besparen


Als men deze moderne machine gebruikt, zal men werkkracht besparen.

Néerlandais mot "zaoszczędzić"(besparen) se produit dans des ensembles:

13/2 We kunnen niet zonder gas en elektriciteit
Gas water en elektriciteit