dictionnaire Polonais - néerlandais

język polski - Nederlands, Vlaams

uciąć np rozmowę néerlandais:

1. afkappen afkappen


de kabinetsformatie afkappen, de besprekingen afkappen, gesprekken afkappen
een kip de kop afkappen

Néerlandais mot "uciąć np rozmowę"(afkappen) se produit dans des ensembles:

ZOU JE ME MISSCHIEN EVEN KUNNEN HELPEN?