1. integendeel
2. omgekeerd
in omgekeerde volgorde
De jongen beweerde te kunnen lezen, maar hij hield zijn boek omgekeerd.
3. tegengestelde
Néerlandais mot "przeciwnie"(tegengestelde) se produit dans des ensembles:
niderlandzki vol14. tegenover
Hij zat tegenover zijn vader.
Tegenover het museum zult ge twee gebouwen zien, en het restaurant is het grootste van beide.
Tegenover het park is er een mooie rivier.
Néerlandais mot "przeciwnie"(tegenover) se produit dans des ensembles:
Słówka Usłyszane 325. Tegendeel
6. tegendraads