dictionnaire Polonais - néerlandais

język polski - Nederlands, Vlaams

okazać się néerlandais:

1. blijken blijken


blijken, bleek, gebleken. Achteraf bleek dat de jongeman onschuldig was. Uit het onderzoek is gebleken dat hij smeergeld gekregen had.

Néerlandais mot "okazać się"(blijken) se produit dans des ensembles:

czasowniki neregularne