dictionnaire néerlandais - néerlandais

Nederlands, Vlaams - Nederlands, Vlaams

hebben gestolen néerlandais:

1. stelen stelen


Ik betrapte hem op het stelen van geld.
Ze heeft me verteld dat het verkeerd was om te stelen.
Kun je me leren stelen?
De rover brak in het huis in om geld te stelen.

Néerlandais mot "hebben gestolen"(stelen) se produit dans des ensembles:

czas przeszły