dictionnaire luxembourgeoise - néerlandais

Lëtzebuergesch - Nederlands, Vlaams

Poulet néerlandais:

1. kip


Ze kocht een kip.
Ze maakt kip klaar op de manier die ik lekker vind.
Wat was er het eerst: de kip of het ei?
Het ei wil wijzer zijn dan de kip.

Néerlandais mot "Poulet"(kip) se produit dans des ensembles:

Zorten Fleesch op Hollännesch