dictionnaire Galice - néerlandais

galego - Nederlands, Vlaams

case néerlandais:

1. huizen


Ik heb hun huizen al bezocht.
Tussen onze huizen is er een lange weg.
Hij weet niet wie deze huizen gebouwd heeft.
Alle huizen in onze straat zijn versierd met oranje vlaggetjes vanwege het WK.
Het vuur heeft tien huizen vernietigd.
We zagen hoe de huizen één voor één werden gesloopt.
Ik bezoek soms de huizen van mijn vrienden.
Zuinigheid met vlijt bouwt huizen als kastelen.
Deze huizen werden tot de grond platgebrand door de vijand.
Tom heeft twee huizen en een boot.
Er zijn hier geen huizen in de buurt.
Hij noemt zich socialist, maar heeft twee huizen en een Rolls Royce.