dictionnaire Français - néerlandais

Français - Nederlands, Vlaams

amitié néerlandais:

1. vriendschap vriendschap


Niets is belangrijker dan vriendschap.
We hebben vriendschap gesloten met Jane.
Zijn vriendschap heeft ons zeer getroffen.
Tussen man en vrouw is geen vriendschap mogelijk. Er is passie, haat, aanbidding, liefde maar geen vriendschap.
Zolang de kookpot opstaat, blijft de vriendschap duren.