1. acteur
Harry is een Amerikaanse acteur.
Ik heb nooit gehoord van die acteur.
Brad Pitt is een acteur.
Ik heb de acteur graag.
Néerlandais mot "näyttelijä"(acteur) se produit dans des ensembles:
Beroepen in het Fins2. actrice
Ik heb met de actrice zelf gesproken.
Ze had zich gekleed als een actrice.