dictionnaire Anglais - néerlandais

English - Nederlands, Vlaams

frank néerlandais:

1. oprecht


Om oprecht te zijn, ik mag je niet.
Hij leek oprecht.

Néerlandais mot "frank"(oprecht) se produit dans des ensembles:

De populairste Engelse woorden 651 - 700

2. frank


Tom en Frank zijn boezemvrienden.
Vier meter van deze stof kost negen frank; dus twee meter kost vier en een halve frank.